×

Dossier

Pensioenen

Al bijna vijftien jaar spreekt en onderhandelt Klaartje de Boer (VCP-senior beleidsmedewerker) over de herziening van het pensioenstelsel. Op het moment van schrijven is de complexe en omvangrijke wet die invloed gaat hebben op de pensioenen van alle mensen in Nederland net aangenomen door de Eerste Kamer. Dat na een uitvoerige behandeling vorig jaar in de Tweede Kamer.

Voor De Boer is het een pittige maar dankbare klus om mee te mogen praten over de hervorming van het aanvullend pensioenstelsel. Haar motto is dan ook ‘een goed collectief en solidair aanvullend pensioen voor alle werkenden vanuit haar maatschappelijke engagement’.

Terugblik op het wetgevingsproces  
In 2019 heeft het kabinet samen met werkgever- en werknemersorganisaties een Pensioenakkoord gesloten. Daarna is het ministerie van SZW aan de slag gegaan met het schrijven van de Wet Toekomst Pensioenen (verder de wet). Vanaf 2022 is de Tweede Kamer druk geweest met de parlementaire behandeling van deze wet. Op 2 november vorig jaar startte de behandeling van de wet in eerste termijn. Nog voordat de tweede termijn begon, werd zelfs een oud instrument uit de kast gehaald en werd de wet in twee dagen artikelsgewijs behandeld. In december 2022 heeft de Tweede Kamer met een ruime meerderheid ingestemd met deze wet. Daarna is vervolgens op 30 mei 2023 de wet aangenomen door de Eerste Kamer en op 1 juli 2023 ingegaan. De arbeidsvoorwaardelijke partijen zijn nu gezamenlijk aan zet om goede pensioenafspraken te maken, zorgvuldig en evenwichtig in lijn met de gezamenlijk geformuleerde doelen.

VCP tevreden over uitvoerige behandeling 
De VCP gaf in mei 2022 een eerste appreciatie van de doelen van de wet. Daaruit kwam naar voren dat veel van de doelen zijn behaald, maar dat er ook nog zorgpunten waren. Bijvoorbeeld over de compensatie als gevolg van de afschaffing van de zogeheten doorsneesystematiek, die niet wettelijk verplicht is, zoals de VCP graag had gezien. Ook het grote aandeel werkenden zonder pensioen en de nieuwe vormgeving van het nabestaandenpensioen hadden de nadrukkelijke aandacht vanuit de VCP. De VCP merkt op dat op deze onderwerpen, die tot tevredenheid van de VCP uitvoerig naar voren zijn gekomen tijdens de parlementaire behandeling, op onderdelen goede aanpassingen zijn gedaan. Zo gaat de wettelijke aanvangsleeftijd voor pensioenopbouw van 21 naar 18 jaar, worden wachttijden in de uitzendsector afgeschaft en komt er een wettelijke verplichting voor werkgevers om (aspirant) werknemers te wijzen op het niet hebben van een pensioenregeling. De afspraken inzake het nabestaandenpensioen zullen worden geëvalueerd en gemonitord en er volgt nog een onderzoek of en hoe voorkomen kan worden dat nabestaanden zonder dekking met lege handen komen te staan en of daarvoor andere passende oplossingen zijn. Ook de hoofddoelen van de wet, die de VCP continu centraal heeft gezet, zullen ten minste jaarlijks gemonitord worden. Indien er daarbij knelpunten optreden, zullen waar nodig aanvullende maatregelen worden genomen. Voor de VCP heeft de inhoud continu centraal gestaan. De VCP heeft, daar waar nodig en desgevraagd, diverse Kamerleden inhoudelijk bijgestaan.
 
Lastige punten 
Het meest lastige onderdeel van de nieuwe wet is dat de manier waarop we pensioen opbouwen, gaat veranderen. Dat vergt dat hierover goede afspraken met wederzijdse verantwoordelijkheid tussen werkgevers- en werknemersorganisaties moeten worden gemaakt. Van een doorsneesystematiek waarin iedereen hetzelfde inlegt en daarvoor ook hetzelfde terugkrijgt, gaan we naar een stelsel met leeftijdsonafhankelijke premies met leeftijdsafhankelijke opbouw. Dit omdat een premie die in de jonge jaren wordt ingelegd, langer kan renderen. Dat brengt voor groepen rond de middelbare leeftijd een compensatievraagstuk met zich mee. De middengroepen hebben namelijk wel de subsidie in het eerste deel van hun carrière betaald, maar moeten voor het tweede deel hiervoor worden gecompenseerd. De VCP heeft zich altijd hard gemaakt voor een wettelijke verplichting tot compensatie en daar ook eerder voorstellen voor ter tafel gebracht. Die is er echter niet gekomen, tot teleurstelling van De Boer. Wel is er de afspraak opgenomen dat er tussen partijen omwille van evenwichtigheid afspraken gemaakt moeten worden over deze compensatie. Wat precies evenwichtig is, zal door diezelfde partijen moeten worden bepaald.

Nabestaandenpensioen  
Ook vindt De Boer het grote verschil bij overlijden vlak voor en na pensioendatum bij de nieuwe inrichting van het nabestaandenpensioen kwetsbaar. Ook daar heeft de VCP alternatieven voor aangedragen gedurende de rit, die niet op draagvlak van de andere partijen konden rekenen. De Boer hoopt dat hier gaandeweg bij de afgesproken monitoring van de transitie de komende jaren door SZW nog eens goed naar wordt gekeken. Het lastige van haar werk is dan ook dat er ondanks dat er soms betere voorstellen op tafel worden gelegd, andere partijen niet willen bewegen, omwille het grote geheel niet onder druk te zetten. Niet altijd is de inhoud leidend, vaak het proces.

Alle werkenden een pensioen 
Wat De Boer vanuit haar motto ‘alle werkenden een goed pensioen’ verder graag de komende jaren concreet aanpakt, is het grote aantal werkenden dat niet of nauwelijks een pensioen opbouwt. Hier is volgens De Boer nog steeds veel te weinig aandacht voor terwijl het gaat over bijna een miljoen werknemers en ongeveer evenveel zelfstandigen. In een welvarend land als Nederland is dit voor haar onbegrijpelijk. Samen met de jongerenorganisatie van de VCP bepleit ze dan al jaren om met een simpel pensioenlabel te komen zodat mensen in ieder geval bewust worden gemaakt dat zij geen of nauwelijks een aanvullend pensioen opbouwen. Zij merkt dat hier in de politiek interesse voor is en ook steeds meer partijen zien de meerwaarde van een dergelijk simpel middel. Nu de minister nog. Ook voor zelfstandigen moet het aanvullend pensioenstelsel wat haar betreft snel breder opengesteld worden. Hier wordt al lang over gesproken in de Stichting van de Arbeid. Uit onderzoek blijkt namelijk dat veel zelfstandigen ondanks de fiscale voordelen niet of nauwelijks aanvullend pensioen opbouwen.

Ook goede punten 
De Boer is tevreden dat er de mogelijkheid voor een solidair en collectief pensioencontract met een levenslang pensioen blijft bestaan in de nieuwe wet. Juist gezien we in de praktijk steeds meer individualisering en afbraak van ons mooie solidaire en collectieve stelsel zagen in de contracten die werden afgesproken. In vakjargon heeft dat nieuwe pensioencontact de solidaire premieregeling. Zij ziet dit eigenlijk als de logische opvolger van de huidige uitkeringsovereenkomsten, voornamelijk vanwege het samen collectief blijven delen van risico’s en het ontzorgen daarbij van deelnemers en het moeten blijven koersen op een pensioendoelstelling. Voor die partijen die juist meer individuele keuzevrijheid willen, is er straks de flexibele premieregeling.

Het echte werk gaat nu beginnen 
Of het nieuwe pensioenstelsel straks daadwerkelijk beter uitpakt voor deelnemers dan het huidige, zal dus afhangen van de daadwerkelijke afspraken die gemaakt gaan worden aan de cao-tafels. De arbeidsvoorwaardelijke fase om hierover afspraken te maken is gestart per 1 juli en loopt tot uiterlijk 1 januari 2025. De wet biedt voldoende mogelijkheden en waarborgen om tot goede afspraken te komen, maar dat zal niet aan iedere tafel even makkelijk zijn, realiseert De Boer zich. De VCP zal in 2023 haar aangesloten organisaties hierbij daar waar mogelijk zoveel als mogelijk ondersteunen. De VCP zal in het kader van de monitoring expliciet letten op onder meer de adequate compensatie in het belang van alle pensioendeelnemers. En dat geen groepen eenzijdig de rekening betalen.

Informatieplatforms  
In een samenwerkingsverband van het ministerie SZW en de Stichting van de Arbeid (waaronder de VCP) wordt er via de website www.werkenaanonspensioen.nl hard gewerkt aan informatie om professionele partijen bij de overgang te ondersteunen. Er is ook speciale informatie ontwikkeld voor ondernemingsraden, daar waar vakbonden niet betrokken zijn bij de totstandkoming van de nieuwe pensioenregelingen. Daarnaast loopt een brede publiekscampagne om de gewone mens op straat ook goed mee te nemen in wat de stelselherziening voor hen betekent. Voor algemene informatie kan men nu al terecht op www.onsnieuwepensioen.nl