16 december 2021
Pensioenfondsen boekten vooruitgang bij het toepassen van de afspraken over Internationaal maatschappelijk verantwoord beleggen, maar een eindprint is nodig om de beoogde doelen te halen. Dat meldt de Monitoringscommissie van het zogeheten IMVB-convenant voor de pensioensector, dat drie jaar geleden werd onder andere door de VCP werd ondertekend.
In het convenant zijn 75 Nederlandse pensioenfondsen de samenwerking aangegaan met overheid, vakbeweging en maatschappelijke organisaties om duurzaam te beleggen te stimuleren. Doel is om meer inzicht te krijgen in mogelijke risico’s van beleggingen op bijvoorbeeld mensenrechtenschendingen of milieuschade en misstanden te voorkomen en aan te pakken. De deelnemende pensioenfondsen hebben samen voor zo’n 1400 miljard euro aan belegd vermogen. Het IMVB-convenant loopt sinds december 2018 voor een periode van vijf jaar.
Volgens de monitoringcommissie heeft nu 13 procent van de pensioenfondsen de afspraken uit het convenant omgezet in beleid. “In vergelijking met een vorige meting is dat een flinke stap vooruit, maar afgezet tegen de doelstelling van 100 procent is er nog heel wat werk aan de winkel”, zegt VCP-beleidsmedewerker Klaartje de Boer. De 100 procent kan pas worden gehaald als alle onderliggende subdoelstellingen zijn ingevuld.
Enkele knelpunten die worden ervaren op dit moment door de pensioenfondsen zijn de overlap met (Europese) wetgeving, het inregelen van alle stappen van het due diligenceproces als basis voor thematisch beleid en het proces om als aandeelhouder aan te dringen op herstel en verhaal door bedrijven waarin wordt belegd.