7 juni 2017
Kunstmatige intelligentie grijpt steeds meer om zich heen. Op diverse terreinen zoals zorg, vervoer, onderwijs en zelfs oorlogsvoering wordt het in toenemende mate ingezet. De verwachtingen van kunstmatige intelligentie zijn groot, maar zoals met elke disruptieve ontwikkeling, brengt het ook risico’s en complexe beleidsuitdagingen met zich mee. Daarom is het nu nodig om de maatschappelijke impact te onderkennen en adresseren. Alleen dan kunnen de voordelen van kunstmatige intelligentie duurzaam worden gerealiseerd.
Impact
Dat zegt Catelijne Muller, voor de VCP rapporteur kunstmatige intelligentie bij het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) in Brussel. Binnen het EESC heeft de VCP gewerkt aan een Europabreed advies over de impact van kunstmatige intelligentie op de maatschappij. De VCP vindt aandacht voor kunstmatige intelligentie van groot belang. In 2016 wijdde de vakcentrale haar jaarlijkse symposium aan het onderwerp.
Human in command
Muller pleit voor een zogeheten human-in-command benadering van kunstmatige intelligentie waarbij machines machines blijven en mensen te allen tijde de controle over deze machines behouden. Maar human-in-command draait om meer dan dat. “Mensen kunnen en moeten ook bepalen of, wanneer en hoe kunstmatige intelligentie wordt gebruikt in ons dagelijks leven, welke taken we eraan toevertrouwen en hoe transparant en ethisch verantwoord dit allemaal is. Uiteindelijk bepalen we zelf of we willen dat bepaalde werkzaamheden worden uitgevoerd, zorg wordt verleend of medische besluiten worden genomen door kunstmatige intelligentie, en of we willen accepteren dat kunstmatige intelligentie onze veiligheid, privacy of autonomie misschien in gevaar brengt. De techniek hoeft ons niet te overkomen.”
Arbeids(markt)strategieën
Een belangrijk aandachtspunt in het Europese debat over kunstmatige intelligentie is de impact op de werkgelegenheid in Europa, waar de werkloosheid nog altijd hoog is als gevolg van de crisis. In het zwartste scenario wordt een samenleving voorzien waarin er helemaal geen banen meer zijn. Volgens Muller is het echter aannemelijker is dat onderdelen of delen van banen, en geen complete banen, zullen worden overgenomen door kunstmatige intelligentie. “Dit betekent niet dat we rustig kunnen gaan slapen. Met name sociale partners moeten arbeids(markt)strategieën ontwikkelen om ervoor te zorgen dat kunstmatige toegevoegde waarde heeft voor werknemers en niet hun plek inneemt. Zulke strategieën moeten er ook op zijn gericht dat mensen autonomie en plezier in hun werk houden.”
11 maatschappelijke impact domeinenIn het advies staat verder dat kunstmatige intelligentie ook uitdagingen met zich mee brengt in domeinen variërend van ethiek, veiligheid, transparantie, privacy en standaarden tot arbeid, educatie, (on)gelijkheid en inclusiviteit, wet- en regelgeving, bestuur en democratie, naast oorlogsvoering en superintelligentie. Regeringen, sociale partners, wetenschappers en bedrijven zijn hierbij aan zet. Het EESC vindt dat zij samen beleidskaders moeten vaststellen en dat de EU hierin mondiaal een voortrekkersrol moet spelen.
Het volledige advies is hier te lezen.