21 september 2015
Na aandringen van de VCP, en de andere vakcentrales, heeft minister Asscher aanpassingen aangekondigd om de nadelige gevolgen voor met name starters en herintreders in het dagloonbesluit WW aan te passen. Deze nadelige gevolgen kwamen aan het licht doordat de vakcentrales verschillende casussen hierover binnenkregen.
In de brief (.pdf) van 18 september jl. kondigt minister Asscher maatregelen aan om de problemen rondom het dagloonbesluit, hierin staan de regels voor het berekenen van het dagloon en is hiermee bepalend voor de hoogte van de WW-uitkering, aan te pakken. Hij geeft o.a. aan dat hij een oplossing zoekt voor starters en herintreders die een WW-uitkering ontvangen. Doordat de startersbepaling uit het dagloonbesluit is geschrapt, ontvingen starters en herintreders, doordat zij niet een geheel jaar hebben gewerkt, een lagere WW-uitkering dan 70% van het laatstverdiende (maximum) dagloon. Dit staat haaks op de verzekeringsgedachte van de WW, waarbij 70% van het laatstverdiende loon een recht is. De minister wil dit corrigeren en gaat hierom met sociale partners in overleg.
Verder wordt de WW-dagloonbepaling voor werknemers die langdurig ziek zijn geweest, aangepast. Sommige zieke werknemers ontvingen naast loon ook een uitkering, zoals een WW-, ZW- of WIA-uitkering. Omdat deze werknemers niet een heel jaar lang hebben gewerkt, werd hun dagloon te laag vastgesteld en ontvingen zij daardoor ook een te lage WW-uitkering.
Als laatste heeft het UWV het probleem opgelost in het geval er sprake is van herleving van oude WW-rechten (WW-rechten opgebouwd voor 1 juli 2015). Dit kan voorkomen als een werknemer werkloos wordt en hierbij een combinatie ontstaat van oude en nieuwe WW-rechten.
De VCP vindt het van groot belang dat de WW-uitkering voor iedere werknemer, die daar recht op heeft, ook 70% van het laatstverdiende (maximum) dagloon ontvangt. Indien dit niet het geval is, hoort de VCP graag uw ervaringen hieromtrent. Dit kunt u mailen naar info@vcp.nl.