1 september 2011
Inhoud:
• Inkomensnivellering weer terug ?
• Proces rondom Pensioenakkoord
• Capaciteit Arbeidsinspectie onder de maat
• MHP bezorgd over positie bedrijfsarts
• Petitie tegen verhoging griffierechten
• Andere opzet scholing OR-leden
Inkomensnivellering weer terug ?
Op dinsdag 20 september a.s. is het weer Prinsjesdag en wordt de Miljoenennota voor 2012 gepresenteerd. Volgens MHP-bestuurder Eddy Haket wordt dit volgens de laatste berichten een somber verhaal: “De Miljoenennota voorspelt weinig goeds voor de koopkracht van de middeninkomens. De bezuinigingen lijken vooral verslechteringen voor deze groep in petto te hebben met nog een grotere impact dan in andere jaren”, aldus Haket. De MHP baseert deze verwachting op informele contacten en uitgelekte informatie, waaruit onder andere blijkt dat de middeninkomens meer belasting gaan betalen omdat ze eerder onder het hoogste belastingtarief van 52% zullen gaan vallen. Andere bezuinigingen die ongetwijfeld ook invloed gaan hebben op de koopkracht van huishoudens met kinderen, zijn de verschuiving van de kinderbijslag naar het inkomensafhankelijke, kindgebonden budget en de verhoging van de ouderbijdragen voor de kinderopvang.
Haket verbaast zich over dit kabinet. ”Opvallend is dat dit kabinet aangeeft dat de bezuinigingen bij de middengroepen zijn ingegeven omwille van het beperken van koopkrachtverlies voor lagere inkomens. Hiermee geeft dit kabinet expliciet aan dat inkomensnivellering anno 2011 kennelijk weer de norm is, zoals dit ook in de jaren ’70 van de vorige eeuw het geval was. Meer dan de helft van de Nederlandse huishoudens ondervindt hiervan negatieve gevolgen.”
De MHP zal, zodra alle concrete maatregelen bekend zijn, de gevolgen op de koopkracht in kaart brengen en de politiek hiermee confronteren. Als de voorspellingen uitkomen zoals die nu worden geschetst, worden de middengroepen onevenredig geraakt.
Op 8 september a.s. zal er een extra bijeenkomst van de Ledenraad van de MHP worden gehouden om te kijken of een meerderheid van de aangesloten organisaties het op 10 juni jl. overeengekomen akkoord tussen de Stichting van de Arbeid en het kabinet, wel of niet steunt. Vier dagen later zullen ook de FNV-bonden zich uitspreken over het akkoord.
Op 15 en 16 september zal de Tweede Kamer een hoorzitting organiseren over hetzelfde Pensioenakkoord. Hierbij zal één van de twee voorzitters van de MHP, namelijk Bob van der Wal, acte de présence geven. Daar zullen sociale partners een toelichting op de afspraken over de pensioenen geven. “Maar de politiek gaat niet over het pensioencontract. Wel zal de politiek ook zelf besluiten moeten nemen over bijvoorbeeld de AOW en het fiscale kader rondom de aanvullende pensioenen”, aldus Van der Wal.
Minister Kamp heeft onlangs nog aangekondigd dat als de vakbeweging begin september het Pensioenakkoord niet steunt, het kabinet zijn eigen plan zal trekken. Daarmee doelt hij op het Regeerakkoord, waarin de mogelijkheid om een pensioen op te bouwen aanzienlijk wordt beperkt.
Capaciteit Arbeidsinspectie onder de maat
De kwaliteit van de Arbeidsinspectie, die als taak heeft om te controleren of werkgevers en werknemers zich aan de wet houden op het gebied van arbeidsomstandigheden, staat steeds meer onder druk. Door bezuinigingen op de inspectiedienst dreigt het aantal inspecteurs de komende tijd nog verder terug te lopen, terwijl de inspectiedienst heden ten dage slechts bestaat uit 218 FTE voor alle werkenden in Nederland.
Een groeiend aantal inspecteurs is van mening dat zij hun werk door de geringe capaciteit en de hoge werkdruk niet meer naar behoren kunnen uitvoeren. Ook de ondernemingsraad van de Arbeidsinspectie heeft inmiddels haar zorgen geuit. Onlangs werd in een Zembla-uitzending op televisie aandacht besteed aan het groeiend tekort aan arbeidsinspecteurs, waardoor de kwaliteit terugloopt en het toezicht op de naleving van arbeidsomstandigheden onmogelijk wordt.
De International Labour Organization (ILO) hanteert in verdragen voor de lidstaten een norm van één inspecteur per 10.000 werknemers. Aan deze norm voldoet de Nederlandse inspectie bij lange na niet. De MHP is samen met de andere vakcentrales FNV en CNV van mening dat Nederland daarmee de ILO-normen niet naleeft en heeft dit ook kenbaar gemaakt bij het kabinet en de ILO.
Volgens de MHP moet het aantal inspecteurs uitgebreid worden om te kunnen spreken van een adequaat functionerende Arbeidsinspectie, die goed zicht heeft op de kwaliteit van de veiligheid en gezondheid op de werkvloer.
MHP bezorgd over positie bedrijfsarts
De positie van de bedrijfsarts staat onder druk. Dit blijkt uit een onderzoeksrapport van het instituut Astri, dat in opdracht van het kabinet en in samenwerking met sociale partners waaronder de MHP, een onderzoek heeft gedaan naar de positie van de bedrijfsarts. Een behoorlijk aantal werknemers heeft geen vertrouwen meer in de bedrijfsarts. In meer dan de helft van de gevallen heeft de bedrijfsarts geen taak in preventieve activiteiten. Meldingen van beroepsziekte worden niet gevolgd door preventieve maatregelen. Veel bedrijfsartsen zien de werkvloer weinig en zijn nauwelijks toegankelijk voor werknemers. Daarnaast voelt de bedrijfsarts zich, doordat hij gefinancierd wordt door de werkgever, niet meer als onafhankelijke. ‘Een zorgelijk situatie aangezien de groep bedrijfsartsen sterk aan het vergrijzen is en er weinig nieuwe studenten voor het vak van bedrijfsarts kiezen gezien de slechte positie’’, aldus MHP-beleidsmedewerkster Klaartje de Boer.
Er is een neerwaartse tendens voor het bedrijfsleven en werknemers ten aanzien van ziekteverzuimbegeleiding. Juist in een tijd met vergrijzing en een krappe arbeidsmarkt zijn bedrijfsartsen en bedrijfsgezondheidszorg in het algemeen van belang om ervoor te zorgen dat preventieve maatregelen op de werkvloer worden genomen en dat werknemers terzijde worden gestaan bij ziekteverzuim.
“De MHP pleit er daarom voor om de financiering van de bedrijfsarts anders vorm te geven en de directe koppeling met de werkgever te doorbreken. De bedrijfsarts moet weer in een betere en onafhankelijke positie terechtkomen”, aldus De Boer.
Petitie tegen verhoging griffierechten
Al eerder heeft de MHP zich verzet tegen de voorstellen van het kabinet om de griffierechten met ingang van 1 januari 2013 fors te verhogen. Voor een arbeidsrechtprocedure moet nu ongeveer € 70 tot € 210 aan griffierechten betaald worden. Uit berekeningen is gebleken dat de griffierechten in bijvoorbeeld een ontslagprocedure via de rechter tot maar liefst € 1540 zullen stijgen. Voor veel werknemers wordt hiermee de weg naar de rechter vrijwel onbegaanbaar. De invoering van een kostendekkend stelsel van griffierechten tast daarmee het fundamentele recht van de burger op toegang tot de rechter ernstig aan.
De MHP ziet zich in haar verzet inmiddels gesteund door de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA). De NOvA organiseert een petitie tegen de verhoging van griffierechten. U kunt de petitie ‘Recht voor Iedereen’ bekijken en steunen via de link: www.advocatenorde.nl/3678/consumenten/Petities/petitie-recht-voor-iedereen.html.
Andere opzet scholing OR-leden
Nu nog wordt de financiering van de scholing van ondernemingsraadsleden (OR-leden) gedeeltelijk gefinancierd door het Gemeenschappelijk Begeleidingsinstituut Ondernemingsraden (GBIO). De MHP heeft zitting in het bestuur van het GBIO in de persoon van MHP-beleidsadviseur Martijn de Heer. De Bestuurskamer van de SER heeft voor de zomer een advies aan het kabinet uitgebracht over een andere financieringsopzet van het in de Wet Op de Ondernemingsraden (WOR) geregelde recht op scholing van OR-leden. Naar verwachting komt de scholingsbijdrageregeling zoals die nu door het GBIO wordt uitgevoerd, per 1 januari 2013 te vervallen. Hiervoor in de plaats komt een bij wet te regelen plicht voor werkgevers om financieel bij te dragen aan het scholingsrecht van OR-leden.
Momenteel vindt er intensief overleg plaats tussen het GBIO, de SER en het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de wijze waarop de overgang van de oude naar de nieuwe financieringssystematiek het best geïmplementeerd en geconcretiseerd kan worden. “Zolang de nieuwe financiering voor de scholing van medezeggenschap nog niet goed is ingevuld, zal het GBIO dit nog in de volle breedte moeten oppakken”, aldus De Heer. “Het mag niet zo zijn dat de scholing van OR-leden in het gedrang komt door een andere opzet.”