7 april 2011
Inhoud:
• Stand van zaken Pensioenakkoord
• MHP waarschuwt voor te forse bezuiniging op UWV
• Arboregels kleine werkgevers gewijzigd
• SER gaat klachten over aanstellingskeuringen behandelen
• MHP sterk vertegenwoordigd op Werkconferentie ‘Biobased Economy’
• MHP-visie op vakbondvernieuwing en jongerenwerk
Stand van zaken Pensioenakkoord
De afgelopen weken is het overleg over de uitwerking van het Pensioenakkoord van 4 juni 2010 niet uit het nieuws te slaan. In de Stichting van de Arbeid (StvdA) en in het overleg tussen de StvdA en het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) wordt al maandenlang gesproken en onderhandeld over de AOW, de aanvullende pensioenen en een flankerend arbeidsmarktbeleid om oudere werknemers daadwerkelijk in staat te stellen tot (een hogere) pensioenleeftijd door te werken. De aanvullende pensioenen liggen het meest gevoelig bij de verschillende achterbannen. Partijen streven ernaar de spelregels rondom de aanvullende pensioenen zodanig te wijzigen, dat er uitzicht ontstaat op een fatsoenlijk toekomstig pensioen dat koopkrachtbestendig is. Niet alleen voor de huidige gepensioneerden, maar ook voor de werknemers die in de toekomst met pensioen gaan. Sociale partners willen daarbij de fundamenten van het Nederlandse pensioenstelsel overeind houden.
Er is, ondanks alle discussies, wel degelijk een belang om op korte termijn tot een akkoord te komen. In een brief aan de Tweede Kamer heeft minister Kamp namelijk geschreven de maatregelen, zoals aangekondigd in het regeerakkoord, op korte termijn in een wetsvoorstel neer te leggen. Dit betekent dat de regels waaraan pensioenfondsen moeten voldoen, aanzienlijk worden aangescherpt en de koopkracht van (opgebouwde) pensioenen onder druk komt te staan, omdat pensioenfondsen dan extra buffers moeten gaan aanhouden. Alleen een tripartiet akkoord kan dit voorkomen.
De MHP hoopt als een van de onderhandelingspartners dat sociale partners gezamenlijk snel tot een akkoord weten te komen. Daarbij dient zorgvuldigheid wel voorop te blijven staan, omdat het gaat om zeer grote belangen. Wij praten volgens recente berichten in het Financieel Dagblad zelfs over een pensioenvermogen van in totaal € 1 biljoen (€ 1.000.000.000.000). Dit is ruim anderhalf maal het bedrag dat we in Nederland met z’n allen verdienen in een jaar !
MHP waarschuwt voor te forse bezuiniging op UWV
In een brief aan de Tweede Kamer d.d. 2 april jl. waarschuwt de MHP voor te forse bezuinigingen op het UWV (Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen). De bezuinigingen op de arbeidsbemiddeling en de re-integratie kunnen wel eens ruimschoots worden tenietgedaan door de hogere uitgaven van bijvoorbeeld de WW als mensen hierdoor langer werkloos worden. Ook specifieke projecten als die voor oudere werkzoekenden, lijken te verdwijnen. “Dit staat haaks op de doelstelling om oudere werknemers langer te laten doorwerken door de AOW-leeftijd te verhogen”, aldus MHP-beleidsmedewerker Hanneke de Geus die belast is met het arbeidsmarktbeleid en de sociale zekerheid.
In de brief aan de Tweede Kamer wijst de MHP er verder op dat het UWV-project voor hoger opgeleide allochtonen dreigt te verdwijnen. Doelgroepen die juist afhankelijk zijn van face-to-face contacten met coaches van het UWV, zullen vooral op digitale dienstverlening zijn aangewezen, waardoor de kansen op een baan veel kleiner worden.
Ook hekelt de MHP het stopzetten van de rijksbijdrage aan de Raad voor Werk en Inkomen (RWI). Juist de RWI is het instituut waar sectoraal en regionaal arbeidsmarktbeleid nader op elkaar kunnen worden afgestemd, omdat zowel de sociale partners als de gemeentelijke vertegenwoordigers elkaar hier ontmoeten. Bovendien ontwikkelt de RWI praktische handvatten voor het arbeidsmarktbeleid in de regio.
De MHP maakt zich eveneens zorgen over de informatievoorziening voor grensarbeiders. Zij worden vaak geconfronteerd met complexe vraagstukken rondom sociale zekerheid, zorgverzekeringen en de fiscus. De bezuinigingen op de Sociale Verzekeringsbank (SVB) zetten die dienstverlening ernstig onder druk en dat komt het vrije verkeer van werknemers in onze grensregio’s niet bepaald ten goede.
”Al met al zullen de forse bezuinigingen op termijn een averechts effect hebben en leiden tot hogere uitgaven en minder premie- en belastinginkomsten”, aldus Hanneke de Geus.
Steeds meer regio’s in Nederland kampen met een daling van de bevolking. Zij worden bij ongewijzigd beleid geconfronteerd met zowel leegstand en achterstallig onderhoud van woningen als een verschralend aanbod van scholen, medische zorg en winkels. De krimpregio’s bevinden zich in een overgangsproces, waarbij ze moeten leren met minder mensen vitaal te blijven. Die overgang gaat meestal gepaard met forse herstructureringsopgaven, maar biedt ook nieuwe kansen. Hierbij moet de overheid randvoorwaarden scheppen, maar uiteindelijk zijn het vooral de bedrijven, ondernemers én werknemers, maatschappelijke organisaties, instellingen en burgers, die in de praktijk van alledag vorm geven aan een duurzame ontwikkeling van de regio. Dit vraagt om experimenteerruimte. Provincies moeten richting geven door een langetermijnvisie te ontwikkelen en erop toezien dat gemeenten in krimpregio’s met elkaar gaan samenwerken. Voor de MHP is het van belang dat de krimpregio’s zich richten op de gevolgen voor de arbeidsmarkt in deze regio’s. Door krimp ontstaat er een duidelijke mismatch. Jongeren en hoger opgeleide werknemers trekken vaak weg naar gebieden, waar betere werkgelegenheidsperspectieven worden geboden. Met als gevolg dat het voor werkgevers in krimpregio’s lastig is om het type vacatures te vervullen. Een belangrijke aanbeveling van het advies dat op 18 maart jl. in de SER is vastgesteld, is dan ook het bevorderen dat krimpregio’s eveneens aan jongeren en hoger opgeleide werknemers een aantrekkelijke omgeving bieden, aldus MHP-commissielid Klaartje de Boer.
Arboregels kleine werkgevers gewijzigd
Op 1 april jl. zijn er wijzigingen in de regelgeving rondom arbeidsomstandigheden doorgevoerd voor werkgevers. De wijzigingen van de Arbeidsomstandighedenwet en het Arbeidsomstandighedenbesluit ten aanzien van de risico-inventarisatie en evaluatie (RI&E), aangekondigd in het MHP-bulletin d.d. 13 januari 2011, zijn per die datum in werking getreden. In de RI&E legt de werkgever vast welke risico’s het werk oplevert voor zijn werknemers.
De wijzigingen hebben betrekking op werkgevers met ten hoogste 25 werknemers. Het is voor hen gemakkelijker en goedkoper om aan de RI&E te voldoen. Het is voor hen niet meer verplicht deskundige hulp in te schakelen bij het laten toetsen van hun RI&E, mits zij gebruik maken van een RI&E-instrument, dat voor hun branche is opgesteld en dat is aangemeld bij het Steunpunt RIE, dat onlangs is ondergebracht bij de StvdA. Het voornaamste doel van deze wijziging is het verhogen van de toepassing van de RI&E bij de kleine werkgevers. Een RI&E levert een belangrijke bijdrage aan goede arbeidsomstandigheden in een onderneming.
Ook zal de arbeidsinspectie op een andere wijze gaan inspecteren. Vanaf 1 april zal deze bij inspecties bij kleine werkgevers standaard naar de RI&E vragen, waar dat voorheen af en toe gebeurde. De arbeidsinspectie zal deze beoordelen, ook wanneer er in het bedrijf geen sprake is van een overtreding of tekortkoming. Indien er bij een kleine werkgever geen RI&E aanwezig is, zal deze werkgever een waarschuwing krijgen. Indien hij binnen een bepaalde termijn alsnog geen RI&E opstelt, kan er een bestuurlijke boete worden opgelegd.
Vanaf 1 april hebben werknemers ook het recht gekregen om de RI&E van het bedrijf in te zien. Het laatste is een maatregel waarvoor de MHP al langer heeft gepleit. Hiermee worden de bedrijfsomstandigheden transparanter voor het eigen personeel en kunnen werknemers hun werkgever er gemakkelijker op aanspreken als deze geen RI&E heeft.
SER gaat klachten over aanstellingskeuringen behandelen
Minister Kamp van SZW wil de klachtenbehandeling bij aanstellingskeuringen onderbrengen bij de SER. Op dit moment is deze klachtenbehandeling nog ondergebracht bij de onafhankelijke Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (CKA). Het CKA werd al sinds 2007 in administratieve zin ondersteund door de SER.
De SER heeft al eerder op het verzoek van de minister aangegeven bereid te zijn om de taken van het CKA over te nemen. De MHP vindt het positief dat de klachtenbehandeling wordt ondergebracht bij de SER. Op deze wijze worden sociale partners direct betrokken bij de klachtenbehandeling rondom medische keuringen.
Overigens is voor het onderbrengen van het CKA bij de SER wijziging van de wet nodig. De minister heeft op 17 maart jl. de SER een conceptwetsvoorstel tot aanpassing van de Wet op de Medische Keuringen (WMK) voor advies toegezonden. Ook de CKA is door de minister om advies gevraagd.
MHP sterk vertegenwoordigd op Werkconferentie ‘Biobased Economy’
Op 6 april jl. heeft de werkconferentie ‘Werk maken van de biobased economy’ plaatsgevonden. De werkconferentie is een SER-initiatief van sociale partners (waaronder de MHP) en natuur- en milieuorganisaties vertegenwoordigd in de SER. Dit naar aanleiding van het onlangs uitgebrachte SER-advies ‘Meer chemie tussen groen en groei’.
In een biobased economy worden biomassa en afvalstromen gebruikt als grondstof voor non-food producten. De biobased economy vermindert de druk op fossiele brandstoffen die eindig zijn, en richt zich op het gebruik van biologische grondstoffen. Een dergelijke economie is nodig om toekomstige generaties uitzicht te kunnen bieden op een duurzame toekomst, een ‘Groene Eeuw’ net als voorheen de ‘Gouden Eeuw’, met hoogwaardige en duurzame producten. Daarnaast draagt een biobased economy bij aan kansen voor economische groei en verduurzaming en versterkt het onze kenniseconomie. Om een biobased economy te kunnen realiseren is het belangrijk dat de dialoog tussen diverse sectoren wordt aangemoedigd, zodat zij kopposities kunnen innemen op markten voor schone technologie.
Het stimuleren van deze dialoog stond o.a. tijdens deze werkconferentie centraal. Tijdens de werkconferentie zijn er handvatten aangeleverd om te komen tot een kwaliteitsagenda, waarbij het ondermeer gaat om aandacht voor verduurzaming en transparantie, bevorderen van samenwerking in de keten en vraagstukken over kwaliteit van de arbeid en scholing. Dit aan de hand van workshops, waaraan diverse shareholders, waaronder Rob Kars en Boudewijn Koster namens de MHP hebben deelgenomen.
De MHP hoopt dat bij de dialoog over een biobased economy niet alleen de technologische innovatie centraal staat, maar ook de sociale innovatie. Hierbij moet worden ingezet op duurzame arbeidsrelaties, waaronder het opleiden en scholen van werknemers op dit thema. Het is belangrijk dat het thema een plek krijgt op de werkvloer zelf en dat het streven naar een biobased economy (nog) verder doordringt dan alleen bij de specialisten op dit terrein. Een focus op een bottom-up benadering, waarbij werknemers van werkgevers de ruimte krijgen om goede initiatieven te ontplooien, is hierbij essentieel.
MHP-visie op vakbondvernieuwing en jongerenwerk
Onlangs bezocht Bart Willems, beleidsadviseur Internationale Zaken van de MHP, een training over vakbondsvernieuwing en jongerenwerk in Madrid. Dit was georganiseerd door ETUI, het kennisinstituut van het Europees Verbond van Vakverenigingen (EVV).
Tijdens deze training heeft Willems zijn visie gepresenteerd aan de hand van voorbeelden uit het MHP-netwerk. Naar aanleiding hiervan gaat hij hierover op uitnodiging presentaties geven aan Belgische, Zweedse en Spaanse vakcentrales.
De bevindingen, opgedaan in Madrid, zullen worden besproken in de MHP-Centrale Beleidsadviescommissie (CBAC) en in de MHP-werkgroep Bridging the Generations (BTG) omdat het thema ‘vakbondsvernieuwing’ de MHP zeer ter harte gaat.