15 juli 2015
Op 14 juli heeft Frank Elderson, directielid van DNB, bekend gemaakt dat pensioenfondsen vanaf vandaag hun langlopende pensioenverplichtingen met een nieuwe Ultimate Forward Rate (rekenrente) moeten gaan berekenen en waarderen. Voorheen lag deze rekenrente op een vaste 4,2%. Nu zal deze worden verlaagd naar 3,3%. Dit besluit komt volgens de VCP op een zeer ongelukkig moment, net nu de fondsen aan het opkrabbelen zijn van de financiële crisis. Voor pensioenfondsen zal dit gevolgen hebben voor het indexatieperspectief en de premiestelling. Dat werkt mogelijk door op het inkomen van werkenden en gepensioneerden.
Als gevolg van de strengere rekenrente zullen de dekkingsgraden nu gemiddeld met 3% dalen en op termijn zelfs met 10% tot 15%. Vanwege de 12-maands middeling in de beleidsdekkingsgraad zal het effect op de beleidsdekkingsgraad op de korte termijn beperkt zijn maar vervolgens oplopen. Bij fondsen met veel jonge deelnemers kan dit effect zelfs groter zijn. Er zijn een aantal fondsen die door de nieuwe rekenrente in onderdekking komen en een herstelplan zullen moeten schrijven.
De vraag is of deze rekenrente ten opzichte van de vorige rekenrente een realistischere weergave geeft van de financiële posities van de fondsen. De marktrente is door het ingrijpen van de ECB kunstmatig laag. Er valt te bediscussiëren of deze rente realistisch is ook naar de toekomst toe en of fondsen zich als gevolg van de huidige (kunstmatige) lage rente niet te arm moeten rekenen. Voor de Ultimate Forward Rate geldt dit in het bijzonder omdat er zo weinig marktinformatie is over deze lange horizon en de rekenrente dus altijd een zekere subjectiviteit bevat. Na een bepaalde tijdshorizon worden namelijk geen marktinstrumenten meer verhandeld of is de markt onvoldoende liquide om betrouwbare informatie op te leveren. Gevolg hiervan is dat bij een te hoge rekenrente mogelijk te veel pensioen wordt uitgekeerd en te weinig premie wordt betaald en bij een te lage rekenrente mogelijk te weinig pensioen wordt uitgekeerd en te veel premie wordt betaald om de verplichtingen nu en in de toekomst te kunnen dekken.
Daarnaast is het de vraag of de nieuwe berekeningssystematiek, geformuleerd door de Commissie Parameters, de benodigde stabiliteit biedt. De VCP ziet liever een stabielere methodiek met een vaste Ultimate Forward Rate om de langlopende verplichtingen te berekenen. De nieuwe rekenrente zal een opwaartse druk geven op de premiestelling van aankomend jaar in de orde van grootte van 2% tot 6%. Dit zal per pensioenfonds verschillen, maar in ieder geval lastige onderhandelingen tot gevolg hebben. Voortdurende beleidswijzigingen maken het moeilijk om eerdere afspraken in sommige sectoren over een stabiele premie vol te houden.