13 juli 2016
Vanaf 1 juli jl. zijn de regels om door te werken en tegelijkertijd gebruik te maken van deeltijdpensioen door de belastingdienst veranderd. Dit is het gevolg van de stapsgewijze verhoging van de AOW-leeftijd. De VCP adviseert mensen om contact op te nemen met hun pensioenuitvoerder indien zij langer dan vijf jaar voor de voor hun geldende AOW-leeftijd, gebruik willen maken van deeltijdpensioen en daarnaast willen doorwerken. Mogelijk heeft dit nadelige gevolgen voor hun pensioen.
Ging iemand voor de AOW-leeftijd met (deeltijd) pensioen dan werd voor 2011 fiscaal getoetst of er sprake was van een dienovereenkomstige vermindering van de economische activiteiten. Iemand moet voor het gedeelte dat hij pensioen opneemt dus evenredig minder werken en verdienen. Om de arbeidsparticipatie van oudere werknemers te stimuleren en de uitvoeringslasten te verminderen is in 2011 geregeld dat mensen vijf jaar voorafgaand aan de AOW-leeftijd niet meer worden getoetst. Concreet werd hier gesproken over de 60-jarige leeftijd omdat de AOW-leeftijd toen nog vaststond op 65-jaar. Als gevolg van het invoeren van de wet Verhoging AOW- en Pensioenrichtleeftijd wordt de AOW-leeftijd sindsdien stapsgewijs verhoogd. Dit is voor de belastingdienst aanleiding geweest om dit besluit per 1 juli jl. deels te herzien. De bepaling is aangepast naar vijf jaar voorafgaand aan de AOW-gerechtigde leeftijd, in plaats van vanaf de 60-jarige leeftijd. Zonder deze herziening zou de geldende maximale periode van vijf jaar waarin toetsing achterwege kan blijven volgens de Belastingdienst, door de automatische aanpassing van de AOW-leeftijd, steeds verder verruimd worden.
De nieuwe regels gelden voor iedereen die eerder dan vijf jaar voor de AOW-leeftijd gedeeltelijk of geheel met pensioen gaat vanaf 1 juli 2016. Vanaf dat moment moet u voor dat deel dat u pensioen aanvraagt, minimaal een gelijk deel aan brutoloon inleveren. Als u volledig met pensioen gaat, betekent dit dat u minimaal voor het bedrag dat u pensioen ontvangt geen arbeidsinkomsten meer ontvangt. Hiervoor zal u van uw pensioenuitvoerder een intentieverklaring ontvangen.
Voorbeeld 1: u gaat volledig met pensioen. U ontvangt in totaal € 8.000 pensioen per jaar. Dan moet u dus ook minimaal € 8.000 per jaar minder arbeidsinkomsten ontvangen. Als u gedeeltelijk met pensioen gaat, moet u ook voor dat deel minder arbeidsinkomen ontvangen.
Voorbeeld 2: u wilt voor 20% met pensioen gaan. U gaat dan minder werken, waardoor u € 5000 per jaar minder arbeidsinkomen gaat ontvangen. Dan mag uw pensioen maximaal € 5000 bruto per jaar bedragen.
De VCP adviseert mensen die langer dan vijf jaar voor de voor hun geldende AOW-datum met vroeg- of deeltijdpensioen willen gaan contact op te nemen met hun pensioenuitvoerder en te onderzoeken wat de gevolgen zijn.