12 maart 2024
De toekomst van de Nederlandse economie baart zorgen. Steeds meer grote bedrijven verlaten ons land, zoals Boskalis, DSM, Unilever en Shell. Deze ontwikkeling heeft negatieve gevolgen voor de werkgelegenheid en economie. De bij VCP aangesloten vakbond De Unie luidt de noodklok.
De Unie-voorzitter Reinier Castelein waarschuwt voor een “economische achterstand op het Verre Oosten.” De oorzaken van deze dreigende neergang zijn complex, maar volgens Castelein spelen een verslechterend vestigingsklimaat en een gebrek aan maatschappelijke betrokkenheid van het bedrijfsleven een belangrijke rol.
Bedrijven dragen zelf ook verantwoordelijkheid, stelt Castelein. Ze moeten meer lokaal betrokken zijn en maatschappelijke problemen helpen oplossen. “Er wordt veel te weinig nagedacht over welk onderwijs we nu moeten geven om de economie over tien jaar te kunnen voeden met goed opgeleide mensen”, vraagt hij zich af. Castelein is voorzitter van De Unie en Algemeen Bestuurslid van de VCP.
De signalen van De Unie zijn serieus te nemen. De uittocht van grote bedrijven en het verslechterende vestigingsklimaat vormen een bedreiging voor de Nederlandse economie en de werkgelegenheid.
De VCP stelde in een recent artikel dat de maakindustrie een belangrijke sector is voor de Nederlandse economie en dat het vestigingsklimaat voor bedrijven in deze sector moet worden verbeterd.
De VCP heeft binnen SER gewerkt aan een visie op de economie van de toekomst en verduurzaming van de industrie. De zorgen zijn groot en steeds luider, we kunnen niet wachten tot het echt fout gaat. Ons verdienvermogen staat op het spel. Het is belangrijk dat Nederland inzet op behoud van deze belangrijke industrie en helpt met de verduurzamingsopgave.
We moeten gezamenlijk aan de slag.