14 juli 2020
De Tweede Kamer buigt zich vandaag over de uitwerking van het Pensioenakkoord. De VCP hoopt dat de Kamer de uitwerking aanpast en heeft daarvoor de afgelopen weken uitgebreid lobby gevoerd. De VCP heeft tot nu toe geen ja maar ook geen nee gezegd tegen wat er nu op tafel ligt.
Het grote struikelblok voor de VCP is de manier waarop de compensatie voor de afschaffing van de doorsneesystematiek is geregeld. “Die is ver beneden de maat, waardoor veel mensen in de problemen dreigen te komen”, zegt VCP-bestuurder Ruud Stegers, die bij de onderhandelingen over de uitwerking van het Pensioenakkoord betrokken is geweest.
In het pensioenakkoord is afgesproken dat de bestaande doorsneesystematiek in de verplichtgestelde bedrijfstakpensioenfondsen zal worden afgeschaft. Daarvoor in de plaats wordt landelijk een leeftijdsonafhankelijke premie ingevoerd met bijbehorende, met de leeftijd afnemende, pensioenopbouw. Dit heeft voor bestaande deelnemers tot gevolg dat zij pensioenschade zullen oplopen. Deelnemers rond de 45 jaar kunnen daarbij een terugval van hun pensioen van 10% of meer verwachten.
Een indirect gevolg van de uitwerking is verder dat werknemers in de toekomst huiverig kunnen worden om van baan te veranderen omdat dat gevolgen kan hebben voor hun pensioenopbouw. “Niemand zit te wachten op een arbeidsmarkt die op slot gaat, maar dit staat Nederland wel te wachten als er nu niets verandert”, zegt Stegers.
De VCP heeft tijdens de onderhandelingen een kant en klaar plan gepresenteerd om dit allemaal te ondervangen, maar minister Koolmees zei toen dat hij daar in de Kamer de handen niet voor op elkaar zou krijgen. Nu zegt hij in antwoord op de schriftelijk gestelde Kamervragen dat het de onderhandelaars waren die deze oplossing niet wilden. “Dit antwoord is echt verbijsterend. Eerst verschuilt de Minister zich achter de Kamer, nu achter de onderhandelaars. Hij moet gewoon zelf de verantwoordelijkheid nemen.”
In de uitwerking van het Pensioenakkoord staat dat pensioenschade bij de pensioenfondsen ‘adequaat’ wordt gecompenseerd en dat regelingen bij verzekeraars kunnen blijven doorlopen. Die belofte wordt op geen enkele manier ingevuld. Voor mensen die van baan veranderen of die later bij een pensioenfonds komen is niets geregeld, zegt Stegers.
Met de VCP-oplossing ligt er volgens hem een mogelijkheid om volledig invulling te geven aan de belofte van adequate compensatie voor alle deelnemers en daarbij ook aan de belangrijkste andere uitgangpunten van het pensioenakkoord invulling te geven. De argumenten die de Minister in antwoord op de Kamervragen tegen het VCP voorstel inbrengt zijn een onjuiste voorstelling van zaken. “Het VCP-voorstel is sluitend. Deelnemers kunnen hiermee met vertrouwen in de compensatie de overstap maken naar het nieuwe pensioenstelsel. En de oplossing zorgt voor rust op de arbeidsmarkt.”
In navolging van gesprekken met diverse partijen heeft de VCP in een brief aan de Tweede Kamer haar bezwaren tegen de uitwerking uiteengezet en een toelichting gegeven op de oplossing van de VCP. De VCP hoopt dat de Kamer ook ziet dat de uitwerking zoals die nu op papier staat onvoldoende is en het VCP-voorstel overneemt.
Grote zorg is er bij de VCP ook over de periode tot aan de invoering van het nieuwe stelsel. Dat geldt niet alleen voor dreigende kortingen waar veel gepensioneerden de komende jaren last van gaan krijgen, maar ook over de steeds groter wordende druk op premies te verhogen of de opbouw te verlagen. “Wij krijgen daarover al langer signalen vanuit verschillende bij ons aangesloten verenigingen. Dit is niet houdbaar.”
Rente
De VCP heeft ook daar een reële oplossing voor op tafel gelegd. “Wij hebben voorgesteld per einde 2020 een bodem in de rente te hanteren op het dan geldende rente niveau. Dan wordt het probleem in ieder geval niet groter en dat neemt druk weg. Dat zou al heel veel helpen zonder dat we actief gaan herverdelen. Maar ook daar wil de Minister niet aan. Wij kunnen het niet meer uitleggen”, licht Stegers toe.
Met de overige onderdelen van de uitwerking van het Pensioenakkoord kan de VCP wel leven. Het gaat dan onder meer om het Pensioencontract en de manier waarop de rendementen van pensioenbeleggingen in de toekomst worden berekend. Er zijn losse eindjes maar alle wijst erop dat de doelen daarbij goed te realiseren zijn.