12 januari 2016
Op 22 december jl. heeft de Eerste Kamer ingestemd met het gewijzigde Belastingplan 2016. De VCP heeft weer een overzicht waarin de belangrijkste wijzigingen in de premies en belastingen op het gebied van werk, inkomen en vermogen staan vermeld.
Verschillende premies, belastingtarieven en kortingen zijn gewijzigd per 1 januari 2016. Het tarief van de eerste schijf van de loon- en inkomstenbelasting is met 0,5% omhoog gegaan. Het tarief van de tweede en derde schijf is omlaag gegaan met 1,6%. Dat is minder dan in de oorspronkelijke voorstellen. De grens van de vierde schijf is omhoog gebracht. Met een belastbaar inkomen tussen 57.585 en 66.421 euro is dus het lagere tarief verschuldigd, maar de keerzijde is dat de hypotheekrenteaftrek in deze range minder voordeel geeft.
Inkomens boven de 66.417 euro hebben geen algemene heffingskorting meer, doordat deze korting met ingang van 2016 net zoals de arbeidskorting geheel inkomensafhankelijk afgebouwd wordt. De afbouw van de algemene heffingskorting is verscherpt van 2,32% naar 4,82%. Het belastingtarief over de gehele tweede en derde schijf is daarmee feitelijk gestegen. De arbeidskorting is aan de basis met 900 euro verhoogd waardoor veel inkomens er op vooruit gaan.
De werkbonus is net als de vrijstelling voor de spaarloonregeling (vervallen in 2012 en uitgefaseerd in 2016) vervallen per 1 januari 2015 met een uitfasering. Mensen die op 1 januari 2016, 62 of 63 jaar zijn, kunnen nog in aanmerking komen voor deze heffingskorting. Elk jaar schuift de grens een jaar op waardoor er geen ‘nieuwe gevallen’ meer bij komen. In 2018 zal de werkbonus geheel uitgefaseerd zijn.
Verder gaat de transitievergoeding bij ontslag omhoog. Ook wordt de kinderopvangtoeslag in 2016 weer geïndexeerd waardoor ouders minder kwijt zijn aan kinderopvang.
Zie hier (.pdf) het overzicht premies en belastingen per 1 januari 2016.