Menu

Culemborg, 12 maart 2010

Voortzetting deeltijd-WW verstandig

De MHP is blij dat minister Donner gehoor heeft gegeven aan de oproep van de Stichting van de Arbeid, om de Regeling voor de deeltijd-WW niet per 1 april stop te zetten. Nu blijft de regeling ook mogelijk voor bedrijven die de gevolgen van de economische crisis pas later ondervinden.

De MHP vindt het verstandig dat de minister op het laatste moment op aandringen van onder andere de MHP de voorwaarde van een nullijn voor de loonontwikkeling heeft ingetrokken. Hiermee zou de Regeling deeltijd-WW in feite een dode letter zijn geworden.

Begin maart heeft de StvdA een brandbrief gestuurd waarin erop werd aangedrongen om de Regeling deeltijd-WW, die per 1 april a.s. beëindigd zou worden, toch open te houden. Dit resulteerde in een overleg tussen minister Donner en sociale partners. Minister Donner was bereid de regeling open te houden, maar dan onder de uitdrukkelijke voorwaarde dat er een nullijn zou komen voor de bonussen en de loonontwikkeling. Vooral de laatste voorwaarde zou hebben geleid tot een doorkruising van de contractsvrijheid van sociale partners bij onderhandelingen over lonen. Bovendien zou het tot vreemde juridische consequenties kunnen leiden, omdat een bedrijf zich wel moet houden aan de CAO in een bedrijfstak.
Sociale partners hebben zich tot op het laatste moment verzet tegen deze nullijn als voorwaarde, met het resultaat dat minister Donner dit heeft teruggenomen.

Hoewel de MHP blij is dat de regeling langer wordt opengehouden en er dus minder mensen onnodig werkloos worden, betreurt de MHP het wel dat er geen ruimte was om de regeling te verbeteren. Uit een eigen inventarisatie bij de achterban is namelijk gebleken dat er in de huidige regeling een aantal bureaucratische knelpunten zitten. Bedrijven moeten bijvoorbeeld minimaal zes maanden gebruik maken van de deeltijd-WW. Als er nieuwe orders binnenkomen, moeten zij die soms weigeren, omdat de boete (terugbetaling uitgekeerde WW-gelden) dan hoger is dan de order aan omzet oplevert. Ook wordt interne bedrijfsscholing vaak niet aangemerkt als scholing in de zin van de regeling, terwijl vooral grotere bedrijven uitstekende opleidingen kunnen hebben.
De MHP heeft alle pogingen ondernomen om de regeling in die zin meer te laten aansluiten bij de praktijk. Het open houden van de regeling en vervolgens het intrekken van de voorwaarde van een nullijn werd echter al als een behoorlijke concessie gezien van de zijde van het ministerie. Extra ruimte voor een betere regeling was er niet.

Laatste nieuws

Hoe staat het met de leercultuur in uw organisatie?

24 juli 2024

Hoe staat het met de leercultuur in uw organisatie?

VCP: bezuiniging 22% op ambtenaren niet realistisch, onverantwoord en ondoordacht

23 juli 2024

VCP: bezuiniging 22% op ambtenaren niet realistisch, onverantwoord en ondoordacht

Logo VCP YP

11 juli 2024

VCP YP: Uitnodiging bijeenkomst Prinsjesdag

Meer nieuws