9 juni 2022
De VCP is positief over de Europese afspraken die deze week zijn gemaakt over verhoging van het minimumloon. Voor Nederland betekent dit dat het minimumloon veel meer omhoog moet dan het kabinet van plan is, zegt VCP-beleidsmedewerker Amerik Klapwijk. Daarnaast is belangrijk dat de verhoging doorwerkt in het loongebouw, zodat met name de middeninkomens kunnen meestijgen.
“Een verhoging van het minimumloon moet gepaard gaan met vermindering van de marginale druk, plus herziening en beperking van toeslagen, en moet in het loongebouw worden meegenomen. Gebeurt dat niet, dan komen er meer mensen met een minimumloon, ook degenen die daar nu boven zitten”, zegt Klapwijk. Hij wijst op het risico dat er alleen maar meer geld wordt rondgepompt als het toeslagensysteem in tact blijft. “De middeninkomens zijn dan weer het kind van de rekening.”
Het Europese akkoord houdt in dat de lidstaten elke twee jaar moeten bekijken of het minimumloon voldoende is om van te leven. ILO-normen schrijven voor dat het minimumloon 50 procent moet zijn van gemiddelde brutoloon in een land of 60 procent van de mediaan, zo zegt PvdA-Europarlementariër Agnes Jongerius die meeonderhandelde. Voor Nederland zou dit betekenen dat het minimumloon omhoog moet van 10,67 euro (38-urige werkweek) nu naar rond de 14 euro. Dat is veel meer dan het kabinet van plan is. In de voorjaarsnota staat dat het kabinet het wettelijke minimumloon vanaf volgend jaar in drie stappen wil verhogen met in totaal 7,5 procent uiteindelijk in 2025.
Volgens berekeningen van het CPB kan een verhoging van 40 procent doorwerken in het loongebouw tot wel 200 procent van het minimumloon. Of dit daadwerkelijk gebeurt hangt af van cao-partijen. Een flinke verhoging voor dit deel van het loongebouw is sowieso op zijn plaats omdat de inkomens de afgelopen jaren sterk zijn achtergebleven, zeker bij de (semi)publieke sectoren. Daar komt de torenhoge inflatie nu nog bij, waardoor steeds meer middeninkomens moeite hebben om rond te komen, zoals de VCP al eerder waarschuwde.
Vandaag bleek uit onderzoek van RTL dat steeds meer mensen met een modaal inkomen en ook daarboven niet meer uitkomen door de hoge prijzen energie en voedsel. Uit een stresstest van het CPB komt naar voren dat het aantal mensen dat de maandelijkse lasten niet meer kan opbrengen fors kan stijgen: naar tussen de 670.000 en 1,2 miljoen, afhankelijk van hoe sterk de energieprijzen omhoog gaan. Dit komt neer op tussen de 9 en 15 procent van de huishoudens. Daar zitten ook mensen bij met een modaal inkomen, anderhalf keer keer modaal en hoger.